vrijdag 11 januari 2013

zondag 15 april 2012

Tagliatelle met spinaziesaus en ovengedroogde tomaatjes

Ingrediënten voor 4 personen

6 pruimtomaatjes/romatomaatjes
verse tagliatelle voor 4 psn
500 gr verse spinazieblaadjes (1 zak)
100 ml room (mag light zijn)
1 ui
2 teentjes look
groentebouillon
parmezaanschilfers
olijfolie/boter

Ook nodig: Mixer

Was de spinazie en de tomaatjes. Snijd elk tomaatje in een 6-tal partjes.
Bekleed een bakplaat/ovenvorm met bakpapier/aluminiumfolie en leg de tomaatpartjes erop.
Schuif in een oven van 200°C op gewone warmeluchtstand roosteren gedurende ong. een halfuur,
tot ze er mooi gedroogd uitzien. Als je wil, kun je ze eerst wat kruiden met peper, zout en/of Italiaanse kruiden en een likje olijfolie.
Intussen snipper je de ui en de look en stoof je ze aan in wat olijfolie of boter tot ze glazig zijn. 
Vervolgens de spinazieblaadjes toevoegen. Dit doe je best in delen, want je zou al een heel grote pot nodig hebben om ze er allemaal in te krijgen. Telkens wanneer een deel geslonken is (gaat sneller met deksel op de pot), voeg je het volgende deel rauwe blaadjes toe. 
Roer goed, zodat de reeds geslonken blaadjes niet onderaan in de pot blijven liggen.
Wanneer alle blaadjes in de pot zitten en bijna helemaal geslonken zijn, voeg je de room toe.
Je voegt meteen ook de bouillon toe (water + bouillonblokje).
Begin best met niet te veel: een 100 à 150-tal ml water. 
Het bouillonblokje smijt je er gewoon bij,
dit zal rap opgenomen worden in de warme vloeistoffen.
Kook nu ook je tagliatelle in ruim voldoende gezouten water,
volgens de aanwijzingen op het pakske.
Eenmaal alles goed warm is en het bouillonblokje verdwenen is, mag je de saus mixen.
Kruid met peper (geen zout, je bouillon is al zout genoeg).
Als ze nog te vast lijkt, kun je nu nog water toevoegen (opnieuw even laten doorwarmen dan).
Giet de tagliatelle af.

Maak een bordje met eerst tagliatelle, daarop spinaziesaus en werk af met een 8-tal tomaatjes.
Garneer ten slotte met parmezaanschilfers (hou ik van, ik doe er best wel veel op).

Smakelijk!



zondag 22 mei 2011

zuiderse rundertartaar

Een heerlijk zomers hoofdgerechtje, geserveerd met frietjes,
of een feestelijk voorgerechtje met wat groene garnituur.
Mijn vriend, die 10 jaar vegetariër geweest is, vindt dit nog steeds één van de lekkerste vleesgerechtjes die hij gegeten heeft sinds hij weer carnivoor is, en daar ben ik het volledig mee eens.

Ingrediënten voor 4 personen, als hoofdgerecht:
700 gram superverse rundsfilet
50 gr pijnboompitjes, lichtjes geroosterd in de pan
ong. 8 halfzongedroogde tomaatjes
ong. 10 groene of zwarte olijfjes
50 gr. rucola
30 gr parmezaanse kaas, in schilfers
6 el olijfolie van goede kwaliteit
peper en zout

Neem een grote kom waar alles in ruimschoots in past, zodat je straks zonder morsen alles goed kunt mengen.
Begin met de olijfjes en tomaatjes: snij ze in kleine stukjes en doe ze in de kom. Doe het zelfde met 2/3 van de rucola en met 2/3 van de parmezaanschilfers. De rest hebben we straks nodig als garnituur voor bovenop het tartaartorentje.
Snij ook de geroosterde pijnboompitten grof met een groot mes, en voeg ze bij de rest.

Ten slotte neem je de runderfilet (en dit is het lastigste werkje) en snij nu ook deze met een mes in flinterdunne plakjes, om vervolgens deze dunne plakjes ook in kleine stukjes te snijden. Dit schijnt nog beter te gaan wanneer je het vlees vooraf een halfuur in de diepvries legt.

Doe ook dit bij de andere ingrediënten in de kom, en meng alles goed samen met de olijfolie. Kruid met peper en zout.
Neem nu een dresseerring (van mij is dat een afgezaagd stuk sanitaire buis), leg ze op de juiste plaats op het bord en vul ze mooi op met het mengsel. Duw goed aan met de bolle kant van een lepel.
Verwijder voorzichtjes de dresseerring en garneer het torentje met de achtergehouden parmezaanschilfers en rucola.

Serveer met een eenvoudig slaatje en lekkere, verse frietjes.
Délicieux!

vrijdag 15 april 2011

appeltaart met amandelen


Deze taart ziet er zeer professioneel uit, en het is een zeer bewerkbaar deeg, dat niet te snel scheurt en een prachtig resultaat geeft na het bakken. Zeker de moeite dus om het zelf te maken!


Ingrediënten voor het deeg:

100 gr kristalsuiker

75 gr amandelspijs (desnoods marsepein als je geen spijs kunt vinden)

300 gr gewone bloem

190 gr boter op kamertemperatuur

2-tal el water


Ingrediënten voor de vulling:


5 appels die geschikt zijn voor bakken (ik nam jonagold) 100 gr gemalen amandelen (amandelpoeier)

100 gr amandelschilfers (+ beetje extra om te bestrooien)

100 gr kristalsuiker

2 eieren

2 zakjes vanillesuiker

1 el water (enkel als vulling te droog oogt)

Materiaal:


plasticfolie

bakpapier kan handig zijn

bakvorm (makkelijkst met springvorm) van ong. 24 cm

rasp, liefst met grote gaatjes

een mixer met kloppers of een handklopper + engelengeduld + ferme biceps


Begin met je deeg, want dit moet een halfuurtje rusten in de frigo. Doe alle ingrediënten voor het deeg in een mengkom (de amandelspijs en boter doe je in stukjes) en meng het geheel met je handen en vingers tot een kruimelijk, maar homogeen deeg. Het water voeg je telkens een beetje toe wanneer de massa nog teveel uit mekaar valt. Zodra het deeg enigszins consistent is (daarom is niet alles één bal die aan mekaar blijft, maar kun het wel met je handen samenbrengen en samenduwen, en het daarna dan ook samenblijft), scheur je een stuk plasticfolie af, waar je het deeg in verpakt en vervolgens een halfuurtje in de koelkast legt.


Terwijl het deeg in de frigo rust, kun je alvast beginnen met je vulling. Zelf gebruikte ik gewoon de mengkom van het deeg opnieuw. Hierin meng je het amandelpoeder met de amandelschilfers. Scheid de eieren en klop de eierdooiers op met de vanille- en kristalsuiker, tot een lichte crème. Schil de appels en verwijder het klokhuis en rasp 3 appels (dit gaat het makkelijkst met appelhelften) met de grove rasp.

De geraspte appel en de geklopte dooiers gaan nu bij de amandelen. Ten slotte klop je ook nog de twee eiwitten stijf (met de mixer!), en spatel je deze kort door de rest van de vulling. Zet dit (liefst koel) aan de kant tot je ze nodig hebt.


Neem het deeg uit de koelkast en rol uit met een deegrol (wijnfles lukt ook prima) tot een dikte van ongeveer een halve centimeter. Plakt je deeg teveel aan je deegrol, bestuif dan zowel de deeglap als de deegrol rijkelijk met bloem. Lukt ook dit niet, geen paniek dan: rol het deeg dan gewoon uit tussen twee grote stukken bakpapier, dit gaat echt probleemloos.


Leg het deeg voorzichtig (zonder eraan te trekken) in de ingevette bakvorm. Duw hem voorzichtjes overal mooi tegen de randen, en wanneer je zeker bent dat hij mooi op zijn plaats ligt, kun je met de muis van je hand voorzichtjes de overschotten deeg op de rand van de vorm afduwen.

Verwarm de oven voor op 180°C.

Schil de overige twee appels en snijd ze in plakjes. Smelt een klontje boter in de microgolf (en in een potje, uiteraard). Doe al de vulling op het deeg, strijk mooi glad en dek af met de appelpartjes in waaiervorm. Bestrijk met een kwastje de bovenkant van de appeltjes met de gesmolten boter. Strooi er tenslotte nog de extra amandelschilfers over.

Bak de taart 40 minuten: 20 minuten in het midden van de oven, leg er vervolgens een stuk bakpapier of aluminiumfolie bovenop, en bak ten slotte nog eens 20 minuten.


Eet warm op met een bolletje vanille-ijs of laat volledig afkoelen in de vorm.

Dit is een taart waar je wel eventjes werk aan hebt, maar ze is zo mooi! Smakelijk!

zondag 3 april 2011

Truffels van zwarte chocolade met Baileys


Truffels maken is zó veel makkelijker dan veel mensen denken. Dit receptje bewijst dit. Absoluut niet veel werk en het resultaat is echt onovertroffen.

voor ongeveer 24 truffels:

150 gr pure chocolade

4 eetlepels room

2 eetlepels Baileys of een andere likeur

50 gr (witte) chocolade, geraspt

Breek de chocolade in stukjes en smelt ze samen met de room au bain marie,

roer nu en dan eens.

(of doe zoals ik: smelt de chocolade voorzichtig in de microgolf, roer de room erdoor en verwarm nog eens 30 seconden in de microgolf en roer goed door tot een homogene substantie) Voeg de Baileys of likeur toe en roer goed door.

Laat het mengsel goed afkoelen en zet minstens een halfuur in de koelkast.

Eenmaal het mengsel mooi gehard is in de koelkast, kun je er truffels van rollen.


Tref eerst enkele voorbereidende werken, die je met vuile handen niet kunt doen:

Leg een bord of bakplaat klaar met bakpapier, en een bord met geraspte witte chocolade.

Neem nu telkens mooi volle theelepels van je harde mengsel en rol hiervan een mooi balletje. Werk snel en precies, want door de warmte van je handen smelt de chocolade en zo kun je al snel niets meer met de truffel aanvangen.

Wanneer je een mooi balletje hebt, wentel je dit met je vingertop door de geraspte (witte) chocolade, of cacaopoeder, kokosschilfers, hagelslag,...

Leg de afgewerkte truffel op het bakpapier en werk zo verder. Zodra je bord/bakplaat vol ligt met truffels, plaats je deze in de frigo, waar ze een uurtje kunnen opstijven.

Bewaar de truffels ook in de frigo.

Eenmaal gemaakt zul je deze lekkernijtjes zeker nog vaker uitproberen!

maandag 3 januari 2011

Heerlijk luchtige madeleines


Nooit gedacht dat koekjes zonder chocolade zo lekker konden zijn. Maar ik moet u wel waarschuwen: hoe verser, hoe héérlijker. De dag zelf dat ze gebakken werden, zijn ze het lekkerst: met een dun krokant laagje aan de buitenkant en heerlijk zacht en luchtig vanbinnen.

En het recept is echt simpel. Het enige wat je je toch zeker moet aanschaffen, is wel een madeleinebakvorm, anders raak je er niet ver mee. (Geloof mij, na een mislukt experiment met madeleinedeeg in siliconen paasei-vormpjes, weet ik waarover ik spreek ;-))

Ingrediënten:

3 eieren
150 gr bloem
1/2 tl bakpoeder
100 gr bakboter (ongezouten)
100 gr fijne kristalsuiker

Je begint best met je boter te smelten, dan kan ze al wat afkoelen. Smelt dus je boter, roer ze eens goed door, en zet aan de kant.

Neem een deegkom, breek er je drie eieren in en voeg de suiker toe. Klop de eieren met de suiker tot je een bleke, dikke massa krijgt. Dit doe je best met de kloppers van een mixer. (Met een gewone handklopper heb je serieuze armspieren en een engelengeduld nodig.) Wanneer de massa ingedikt is, en je de indruk hebt dat het niet meer verder indikt, mag je stoppen met kloppen. Met de mixer duurt dit zo'n 3-tal minuutjes.

Vervolgens voeg je je gezeefde bloem en bakpoeder toe, je mengt alles tot het mooi homogeen is, maar ook niet langer dan dat (kwestie van ze luchtig te houden : als je te lang blijft roeren, maak je de luchtbelletjes kapot).

Ten slotte voeg je ook nog de gesmolten boter toe, en ook deze roer je erdoor. Vul nu je madeleineholtes van je bakvorm voor ongeveer 90 procent: er mag nog een streepje bakvorm zichtbaar zijn want de madeleines rijzen een beetje.

Bak ze zo'n 10 à 12 minuten in een voorverwarmde oven van 200°C en laat ze vervolgens afkoelen op een rooster.

Heerlijk voor bij de koffie of thee, mmmm!

donderdag 2 september 2010

Yoghurtcake met bessen

Dit gebak is heel lekker op kamertemperatuur maar is écht heerlijk om warm, vers uit de oven, op te eten. Voor een 6-tal personen zijn dit de ingrediënten:

300 gram bessen (mag diepvries zijn)
125 gram kristalsuiker
50 gram zachte boter
2 eieren
100 gram volle yoghurt
125 gram zelfrijzende bloem
2 el amandelschaafsel
wat poedersuiker om af te werken

Begin met het invetten van een ovenschaal met een inhoud van ong. 3/4 liter. Doe de bessen in een kom en schep ze om met twee eetlepels van de suiker. Doe de bessen-met-suiker vervolgens mooi uitgespreid op de bodem van de ingevette ovenschaal. Gebruik gerust dezelfde kom om nu het deeg van de cake te maken. Verwarm de oven voor op 160°C.
Mix (met de mixer of in de keukenmachine) de boter en de suiker tot een egale massa en voeg er vervolgens de eieren één voor één bij. Klop opnieuw tot een gladde massa en voeg dan ook de yoghurt toe. Spatel ten slotte ook nog de bloem snel en luchtig door het deeg. Verdeel het deeg gelijkmatig over de bosvruchten en bestrooi met de amandelschilfers.
Bak de cake in ongeveer drie kwartier gaar in de voorverwarmde oven.
Serveer liefst warm, met een portietje yoghurt erbij!